Copy
in deze nieuwsbrief: littekenweefsel, bindweefsel en buikvlies
View this email in your browser
Woensdag 1 maart  is er weer een GRATIS INLOOPSPREEKUUR. Meer weten? Neem contact op.
Littekenweefsel, bindweefsel en buikvlies
 
Littekenweefsel is niet alleen een zichtbaar litteken op de huid. Ook in de onderliggende bindweefsellagen kunnen littekenweefsel en verklevingen ontstaan. Dit kan de oorzaak zijn van onbegrepen klachten zoals vermoeidheid, maag- en darmproblemen, onvruchtbaarheid en pijn bij intiem contact. Door littekens te behandelen en onderhuidse verklevingen los te maken met viscerale therapie en embryonaal geïntegreerde therapie zullen de organen weer optimaal kunnen bewegen en kunnen klachten verdwijnen.
 
Littekenweefsel, ook onder de huid
Een litteken is het weefsel dat ontstaat na beschadiging van de huid of onderliggende lagen. Elke wond gaat gepaard met het aanmaken van dit weefsel. De vorming van dit weefsel is een normaal lichamelijk proces met als doel de schade te herstellen. Littekens kunnen zowel in de huid als in de onderhuid, de spieren en het diepere gelegen bindweefsel ontstaan. Dit weefsel zal altijd van mindere kwaliteit zijn dan het originele weefsel.

Medische ingrepen zoals operatie en bestraling veroorzaken littekens in de verschillende huid- en bindweefsel lagen. Dit littekenweefsel kan ook onderhuidse verklevingen veroorzaken met pijn en functiestoornissen tot gevolg. Bekende voorbeelden zijn pijn bij het bewegen van de arm na borstkanker ingrepen, rugklachten na buikoperaties, buikklachten na rugoperaties, minder kracht en energie, vochtophoping (oedeem). Buikoperaties, zoals blindedarmoperaties keizersneden en operaties aan baarmoeder en eierstokken, veroorzaken verklevingen in de buikvlies, waardoor darmen en andere organen verstoord raken in hun functies.
Naast een trekkend, jeukend en pijnlijk gevoel kunnen littekens ook voor dieper gelegen problemen zorgen. Na een operatie is niet alleen de huid beschadigd, maar ook de onderliggende lagen. Buiten het zichtbare litteken op de huid zal er in de onderliggende lagen ook littekenweefsel ontstaan en mogelijke verklevingen van bindweefsellagen onderling. Dit onderhuidse littekenweefsel kan stugger zijn waardoor men moeite kan krijgen met bewegen of bepaalde houdingen zoals staan, zitten, liggen. Dit kan ook gevolgen hebben voor de beweeglijkheid van organen. Ook kan dit weefsel bestaande klachten verergeren of zorgen dat oude problemen weer terugkomen.
 
Met name keizersneden hebben grote gevolgen voor de mobiliteit van baarmoeder en blaas doordat er veel bindweefselplaten doorgesneden worden. De gevolgen kunnen zijn incontinentie, maagproblemen zoals reflux, chronisch vermoeidheidssyndroom en obstipatie. Door littekens te behandelen en de verklevingen los te maken met viscerale therapie en embryonaal geïntegreerde therapie zullen de organen weer optimaal kunnen bewegen en zullen klachten verdwijnen. Een littekens tijdig behandelen voorkomt verdere problemen.
Lees ook de nieuwsbrieven over lever, maag, darmen en baarmoeder.
 
Bindweefsel, het huis van onze organen
Bindweefsel komt overal in het lichaam voor en heeft de volgende functies:
  • het onderling verbinden van lichaamsdelen
  • het opvullen van tussenruimten
  • het ‘dichten’ van wonden(littekenweefsel)
  • steun en vormgeven aan het organisme en aan de afzonderlijke organen
Bindweefsel is op iedere plek in het lichaam anders samengesteld, afhankelijk van de functie van het weefsel. Bindweefsel bestaat uit weinig cellen en veel niet-levende, draadachtige vezels. Deze bindweefselvezels kunnen worden ingedeeld in drie typen:
  1. Collagene vezels bestaan uit het eiwit collageen. De trekvastheid van dit type vezels is vergelijkbaar met die van staal. De vezels zorgen dat het bindweefsel niet oneindig kan worden uitgerekt en daardoor behoudt het lichaam zijn vorm.
  2. Reticulaire vezels zijn een variant op de collagene vezels. Deze fijne vezels verlenen ondersteuning aan de beenmergcellen en veel organen. Vooral in de lymfeorganen milt en lymfeklieren zijn ze talrijk.
  3. Elastische vezels zijn dunner en heel elastisch. Met al hun vertakkingen vormen ze een heel netwerk. Deze vezels komen bijvoorbeeld voor in wanden van bloedvaten, omdat die juist heel rekbaar moeten zijn.
Op basis van deze drie typen vezels kunnen verschillende soorten bindweefsel worden samengesteld, zodat het bindweefsel precies de juiste eigenschappen heeft voor zijn taak:
  • Losmazig bindweefsel komt het meeste voor in het lichaam. Het bestaat uit een combinatie van collagene en elastische vezels. Daardoor is het eenvoudig te vervormen, maar heeft het weinig weerstand tegen rek. Het ondersteunt bijvoorbeeld de zenuwcellen, bloedvaten en spieren.
  • Reticulair bindweefsel wordt gevormd door een netwerk van reticulaire vezels. Het netwerk ondersteunt veel organen.
  • Elastisch bindweefsel bestaat voornamelijk uit elastische vezels. Dit bindweefsel vindt men vooral rondom organen die flink uitgerekt moeten kunnen worden maar daarna weer hun oude vorm moeten aannemen, zoals de longen en grote slagaders. Ook in de gewrichtsligamenten die twee botdelen met elkaar verbinden kom je elastisch bindweefsel tegen.
  • Straf bindweefsel is grotendeels opgebouwd uit bundels collageenvezels, waardoor het zeer trekvast en relatief stijf is. Deze vezels vindt men bijvoorbeeld terug in kapsels om organen en pezen.
  • Mucoïd bindweefsel is geleiachtig door een overmaat van hyaluronzuur in de grondstubstantie. Mucoïd bindweefsel vormt de basis van de navelstreng en in het glasachtige lichaam van het oog. Het wordt aangeduid als de gelei van Wharton. Door het verende elastische karakter voorkomt het afknellen van bloedvaten.
Vet, bloed en lymfe zijn drie bijzondere bindweefsels met een speciale functie. Het vetweefsel vervult niet alleen een belangrijke rol als voedselreserve en beschermt het lichaam tegen warmteverlies. Verder doet het dienst als ‘stootkussen’ en als ‘afronding’ van het lichaam.

Bloed en lymfe zijn als bindweefsel bijzonder door hun intercellulaire vloeistof, waardoor ze door het lichaam kunnen rondstromen. Op die manier zorgen ervoor dat bepaalde weefsels in het lichaam kunnen communiceren door signaalstoffen, zoals hormonen, te vervoeren.
 
Buikvlies
Het peritoneum of buikvlies is een vlies dat de binnenkant van de buikholte en de buitenkant van de daarin gelegen organen bekleedt. Het buikvlies omhult de (intra)peritoneale ruimte, waarin zich een aantal spijsverteringsorganen bevindt. Dit zijn de maag, dunne darm, delen van de dikke darm, lever, staart van de alvleesklier en milt.

Ook liggen er organen tegen de achter- en onderkant van het buikvlies aan, in de retroperitoneale en de subperitoneale ruimte. Dit zijn onder meer de nieren, bijnieren, twaalfvingerige darm, verticale delen van de dikke darm, blaas, baarmoeder, eierstokken, eileiders, vagina, endeldarm en de prostaat. Het buikvlies heeft een aanzienlijk oppervlak: bij een volwassene ongeveer 2 vierkante meter.

Het buikvlies moet kunnen bewegen om de organen die het omhult te kunnen laten bewegen. Het grootste en belangrijkste orgaan is hierin de lever. De lever ondersteunt de beweging van het buikvlies door zich te vullen met bloed en zich weer te ledigen. Wanneer het buikvlies niet meer optimaal kan bewegen als gevolg van operaties of verklevingen, zal de lever op een gegeven moment uitgeput raken. Dit merk je doordat je geen energie meer hebt en je de hele dag moe en lusteloos voelt. Viscerale therapie en embryonaal geïntegreerde therapie helpt bij het vrijmaken van het buikvlies waardoor de lever en het buikvlies weer optimaal kunnen bewegen en klachten kunnen verdwijnen.
 
Share
Tweet
Forward
Copyright © 2017 Lourenz Nienhuis, Praktijk voor Cranio Sacraal Therapie en Viscerale Therapie, All rights reserved.


Want to change how you receive these emails?
You can update your preferences or unsubscribe from this list

Email Marketing Powered by Mailchimp