Het LAATSTE NIEUWS op het gebied van OMGEVINGSRECHT
View this email in your browser

OMGEVINGSFLITS nr. 369

INHOUDSOPGAVE


Bestemmingsplannen
    - 
Geen beroep op het vertrouwensbeginsel, desondanks wel meewegen in belangenafweging
    - Onzorgvuldige weigering bestemmingsplan vast te stellen
    - Bestuurlijk rechtsoordeel
Planschade
    Normaal maatschappelijk risico: in een reeks van jaren gevoerd beleid
Wabo
    Parkeren, voorwaarde beschikbaar blijven parkeerplaatsen op particulier terrein

Geen beroep op het vertrouwensbeginsel, desondanks wel meewegen in belangenafweging

De uitspraak van AbRvS 14 september 2022, ECLI:NL:RVS:2022:2683 is opgenomen, omdat daarin een beroep op het vertrouwensbeginsel wordt gedaan dat doorwerkt in de afweging of een bestemmingsplan mocht worden vastgesteld. Een van de omwonenden van het bedrijventerrein op Zeeburg in Amsterdam beroept zich op het feit dat het college van burgemeester en wethouders haar heeft toegezegd dat het recyclepunt in zijn definitieve vorm overdekt zou worden uitgevoerd.
 
Uit een diapresentatie van een informatieavond van de gemeente Amsterdam op 28 mei 2018 over de komst van een - in eerste instantie tijdelijk - recyclepunt op het bedrijventerrein en in het bijbehorende verslag, wordt gesteld dat de ambitie bestaat om een overdekt recyclepunt te realiseren. Uit een brief van de wethouder en een brief van de ambtenaar volgt dat van de kant van de gemeente wordt gestreefd naar een overdekking van het nieuwe recyclepunt zoals dat na het realiseren van een tijdelijke voorziening uiteindelijk vorm zal krijgen. Dat blijkt ook uit een opname van de bezwaarschriftencommissie over een door het college verleende omgevingsvergunning voor het recycling punt. Tijdens die bijeenkomst zegt een ambtenaar: "Wel ingepakt met een dak erop, waar ook zonnepanelen bijvoorbeeld op te liggen komen. Met daaromheen functies en letterlijk ook aan de straat functies, dus muren om dat ding heen, die het afschermen. Het wordt veel meer ingepakt".
 
Tijdens de zitting van de Afdeling heeft de raad verklaard dat nooit is bedoeld dat het definitieve recyclepunt helemaal overdekt zou worden.
 
De Afdeling is echter van mening dat namens het college van burgemeester en wethouders ondubbelzinnig is verklaard dat het definitieve recyclepunt in ieder geval grotendeels zou worden overdekt. De woorden "met een dak erop" kunnen immers niet anders worden begrepen. Verder had de mededeling dat het definitieve recyclepunt overdekt zou worden uitgevoerd, een stellig karakter. Er is geen enkel voorbehoud gemaakt, bijvoorbeeld in de zin dat het college zich slechts zou inspannen om te bereiken dat het recyclepunt overdekt wordt uitgevoerd. Maar, deze mededeling kan niet worden toegerekend aan de raad, die het bevoegde orgaan is waar het gaat om het vaststellen van bestemmingsplannen en daarover naar eigen inzicht dient te beslissen.
 
De Afdeling vervolgt dat ook in het geval een toezegging, andere uitlating of gedraging niet kan worden toegerekend aan het bevoegde bestuursorgaan, dat niet weg neemt dat er situaties kunnen zijn waarin deze handeling moet worden betrokken bij een belangenafweging. Door de gemeente is stellig de indruk gewekt dat het definitieve recyclepunt geheel of gedeeltelijk overdekt zou worden uitgevoerd. Naar het oordeel van de Afdeling had de raad dit moeten betrekken bij de belangenafweging die de raad voor de vaststelling van het bestemmingsplan heeft moeten maken. De raad heeft in dit opzicht niet mogen volstaan met de overweging dat het overdekken van het definitieve recyclepunt door milieuregels niet wordt verplicht. Gelet hierop is de Afdeling van oordeel dat de raad het bestreden besluit in zoverre niet met de vereiste zorgvuldigheid heeft voorbereid.
 
Voor meer informatie over deze uitspraak kunt u contact opnemen met Janike.
TERUG NAAR BOVEN
Onzorgvuldige weigering bestemmingsplan vast te stellen

Een uitspraak die niet vaak voorkomt en om die reden is opgenomen in deze flits, namelijk de uitspraak dat de raad bij een besluit tot het weigeren een bestemmingsplan vast te stellen de betrokken belangen onvoldoende heeft afgewogen. In de uitspraak van de AbRvS 14 september 2022, ECLI:NL:RVS:2022:2677 gaat het om een verzoek om een bestemmingsplan vast te stellen voor een tweede vrijstaande woning op een perceel in Lutjewinkel. Het college van de gemeente Hollandse Kroon heeft besloten om medewerking te verlenen, het ontwerpbestemmingsplan ter inzage gelegd dat de bouw van de woning mogelijk maakt en de raad voorgesteld om het ontwerpbestemmingsplan vast te stellen. De raad heeft geweigerd het ontwerpbestemmingsplan vast te stellen en de aanvraag afgewezen, omdat de beoogde ontwikkeling een mogelijke belemmering vormt voor de bedrijfsactiviteiten van het naastgelegen bedrijf op het perceel. Het belang van dat bedrijf, dat daar al veertig jaar is gevestigd, weegt zwaarder dan het belang van het realiseren van één woning, zo stelt de raad.
 
De Afdeling stelt vast dat de afstand tussen het naastgelegen bedrijf en de beoogde ontwikkeling circa 20 m bedraagt. De Afdeling stelt verder vast en ter zitting is niet door de raad betwist dat het naastgelegen bedrijf valt binnen categorie 2, dat niet is gebleken van concrete plannen van de ondernemer om de bedrijfsvoering uit te breiden naar categorie 3.1 en dat sprake is van een gemengd gebied. Op grond van de bij de planregels als bijlage opgenomen Staat van bedrijven in samenhang gelezen met de brochure "Bedrijven en Milieuzonering" van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten is daarom een afstandseis van 10 m van toepassing. Naar het oordeel van de Afdeling heeft de raad daarnaar bij de voorbereiding van het bestreden besluit onvoldoende onderzoek verricht. Onder deze omstandigheden steunt de afwijzing van het verzoek om het ontwerpbestemmingsplan vast te stellen ook niet op een deugdelijke en kenbare belangenafweging. De enkele stelling van de raad dat de belangen van het bedrijf zwaarder wegen dan die van aanvrager is daarvoor onvoldoende.
 
Voor meer informatie over deze uitspraak kunt u contact opnemen met Janike.
TERUG NAAR BOVEN
Bestuurlijk rechtsoordeel

Burgemeester en wethouders van Soest hadden naar aanleiding van een vooroverleg met de eigenaar van een recreatiepark in een brief meegedeeld dat zij onder voorwaarden konden instemmen met een uitbreiding van het park. Daarna legde de exploitant een concept-bestemmingsplan aan het college voor, dat niet voldeed aan de voorwaarden. Het college berichtte  daarop schriftelijk aan de eigenaar dat het niet kon instemmen met het concept. De eigenaar maakte hiertegen bezwaar, maar het college concludeerde tot niet-ontvankelijkheid. Dit omdat sprake was van een bestuurlijk rechtsoordeel en niet van een appellabel besluit. De eigenaar meende daarentegen dat sprake was van een uitzondering, omdat het voor hem onevenredig bezwarend zou zijn om een formele aanvraag in te dienen en daarvoor veel kosten te moeten maken. In haar uitspraak van 14 september 2022 (ECLI:NL:RVS:2022:2691) geeft de ABRvS onder verwijzing naar eerdere rechtspraak de eigenaar ongelijk. Het enkele feit dat de eigenaar kosten moet maken voor het opstellen en indienen van de aanvraag is onvoldoende reden om het volgen van deze weg om een appellabel besluit te verkrijgen, onevenredig bezwarend te achten.    

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Jan.
 
TERUG NAAR BOVEN

Normaal maatschappelijk risico: in een reeks van jaren gevoerd beleid

Sinds de uitspraak van de AbRvS van 3 november 2021 (ECLI:NL:RVS:2021:2402 (Zundert)) beschikken we over concrete handvatten om de omvang van het normaal maatschappelijk risico (NMR) in planschadezaken te bepalen. Daarbij zijn in principe twee indicatoren van doorslaggevend belang:1.Past de ontwikkeling naar haar aard en omvang binnen de ruimtelijke structuur van de omgeving;2.Past de ontwikkeling in het gedurende een reeks van jaren gevoerde ruimtelijke beleid.
De uitspraak van de AbRvS van 14 september 2022 (ECLI:NL:RVS:2022:2678, De Bilt) gaat in op de tweede indicator. Het college van B&W heeft het NMR bepaald op 3%, omdat de ontwikkeling geheel zou passen binnen het in een reeks van jaren gevoerde beleid. De AbRvS gaat hier niet in mee.
De schade wordt in dit geval deels veroorzaakt door het bestemmingsplan Emmaplein Vinkenplein uit 2011 en deels door een omgevingsvergunning die in 2018 is verleend. Vaststaat dat de ontwikkeling paste binnen het Masterplan centrum Bilthoven uit januari 2009. Ten tijde van de vaststelling van het schadeveroorzakende bestemmingsplan in 2011 was dit Masterplan het enige toepasselijke gemeentelijke beleid. Volgens de Afdeling betekent dit dat de ontwikkeling in zoverre niet binnen het gedurende een reeks van jaren gevoerde gemeentelijke beleid paste. Voor zover de ontwikkeling mogelijk is gemaakt door de omgevingsvergunning uit 2018 is dat volgens de Afdeling anders. Op dat moment in 2018 was het Masterplan wel het gedurende een reeks van jaren toepasselijke beleid. Dat betekent dat de ontwikkeling die door de omgevingsvergunning mogelijk is gemaakt, wel binnen het gedurende een reeks van jaren gevoerde gemeentelijke beleid paste. Omdat de schade – enerzijds veroorzaakt door het bestemmingsplan en anderzijds door de omgevingsvergunning – slechts deels voldoet aan de tweede indicator, is geen NMR van 3% maar slechts 2% op zijn plaats. De Afdeling voorziet zelf in de zaak en stelt het NMR vast op 2% van de waarde van de woning.

Voor meer informatie over deze uitspraak kunt u contact opnemen met Ineke.
TERUG NAAR BOVEN
Parkeren, voorwaarde beschikbaar blijven parkeerplaatsen op particulier terrein

De uitspraak van de AbRvS van 14 september 2022, ECLI:NL:RVS:2022:2690 draait om de vraag of het college een omgevingsvergunning voor de verbouw van een gebouw tot 24 appartementen had mogen verlenen, zonder dat wordt voorzien in parkeerruimte voor auto's op eigen terrein.
Voorafgaand aan deze discussie speelt allereerst de vraag of rekening moest worden gehouden met het feit dat het gebouw voor de aanvraag van de omgevingsvergunning leeg stond. Relevant daarvoor is dat volgens vaste rechtspraak van de Afdeling, bijvoorbeeld de uitspraak van 21 april 2021 (ECLI:NL:RVS:2021:865) bij de beoordeling of wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid alleen rekening hoeft te worden gehouden met de toename van de parkeerbehoefte als gevolg van het realiseren van het bouwplan. Een eventueel bestaand tekort kan als regel buiten beschouwing worden gelaten. Dit houdt in dat slechts rekening moet worden gehouden met de toename van parkeerbehoefte als gevolg van het realiseren van het bouwplan ten opzichte van de al bestaande parkeerbehoefte vanwege het te verbouwen pand. Zoals de Afdeling heeft overwogen in de uitspraak van 13 december 2017, (ECLI:NL:RVS:2017:3449) is leegstand van een pand gedurende een periode daarbij niet relevant. Dit betekent dat het college niet verplicht was om de parkeerbehoefte van de vroegere groepswoningen voor verslaafden te bepalen door te onderzoeken hoeveel parkeerruimte daarvoor destijds feitelijk in gebruik was. Het mocht aansluiting zoeken bij normen op dezelfde wijze als het voor de parkeerbehoefte van de nieuwe appartementen gebruik heeft gemaakt van normen.
Vervolgens wordt vastgesteld dat de parkeerbehoefte zes parkeerplaatsen bedraagt. De parkeerbehoefte wordt niet op eigen terrein of op de openbare weg, maar op een particulier parkeerterrein opgevangen. De Afdeling acht het van belang dat de blijvende beschikbaarheid van deze parkeerplaatsen wordt gewaarborgd en voorziet zelf in de zaak door een voorwaarde aan de omgevingsvergunning toe te voegen. Deze luidt:
"De 24 appartementen mogen niet in gebruik worden genomen en niet in gebruik blijven als niet gewaarborgd is dat minstens zes parkeerplaatsen op de [locatie 2], of op één of meer andere door het college goed te keuren locaties, beschikbaar zijn voor bewoners van deze appartementen."

Voor meer informatie over deze uitspraak kunt u contact opnemen met Janike.
TERUG NAAR BOVEN
(0570) 760571
Monique Blokvoort
(026) 7024787
Ineke van Leeuwen
(035) 5431333
Janike Haakmeester
(06) 46842717
Susan Schaap
(038) 7601383
Rob Wertheim
(026) 7024787
Eelco de Jong
(033) 4656240
Jan Veltman
Bezoek onze website
Twitter SAM Advocaten
Website SAM Advocaten
LinkedIn SAM Advocaten
twitter over dit nieuws twitter over dit nieuws
stuur door stuur door
deel op je LinkedIn deel op je LinkedIn
Copyright © 2022 SAM Advocaten, All rights reserved.


Want to change how you receive these emails?
You can update your preferences or unsubscribe from this list

Email Marketing Powered by Mailchimp