Copy
Dit keer: Inktkoelie, ‘Niemand leest dat’, Kladjes®, Online trainen, Figuurlijk


Beste (oud-)cursist, -opdrachtgever, informatievrager, LinkedIn-relatie,


Soest, november 2020 – (Politiek) correct schrijven is goed, begrijpelijk en aantrekkelijk schrijven is beter, onweerstaanbaar schrijven is best. Lees hoe je dat doet, of soms beter laat, in deze nieuwsbrief met nieuws, tips en korting.

1. Trend: online trainen


Een golf, een oorlog, een bosbrand, een gevangenis - corona kun je met veel vergelijken. Maar het ís een akelig virus en een wereldwijde epidemie. Hoe hebben wij die tot nu overleefd?

Veel trainingsopdrachten zijn uitgesteld. Voor de GGD regio Utrecht en de Veiligheidsregio Brabant Noord was dat maar al te begrijpelijk. Andere opdrachtgevers stapten over op trainen op afstand. De Veiligheidsregio Noord-Oost Gelderland mochten we in een gesproken powerpointpresentatie trainen in Begrijpelijk schrijven met impact. Sommige deelnemers misten interactie, andere vonden online trainen te tijdrovend, weer anderen wilden (later) meer. Het expertisecentrum Veiligheid.nl hebben we in zoomsessies mogen trainen in Sneller en beter beleid schrijven. De deelnemers vonden de langere tussentijd voor de opdrachten fijn. Voor tekstspecialisten hebben we Kladjes® bedacht. We zijn toe aan de tweede herhaling wegens succes. 

Online trainen hoeft geen straf te zijn. Trainers Nancy van Etten en Jany Pons hebben veel plezier beleefd aan het omwerken en aantrekkelijk maken van Begrijpelijk schrijven – de online versie. Die is er nu. Trainer Sophie Brons heeft de laatste dag Sneller en beter beleid schrijven middenin de zomer verzorgd vanuit Spanje, dat toen veilig was. Online trainen geeft ook flexibiliteit en bewegingsvrijheid.

Nu de boel weer op slot gaat, verwachten we lopende opdrachten weer online te geven. We kunnen het inmiddels coronaproof. Corona, de beste metafoor is wat ons betreft de achtbaan: onvoorspelbaar, ontregelend, grensverleggend.

2. Kladjes®


Hoe zou je je voelen als je een kleiduif was? Die vraag stond ooit in een boekje over creatief denken van TNO Delft. Het ging om niet geraakte kleiduiven die in een korenveld bleven liggen. De boer vond dat niet prettig: de schutters vertrapten zijn koren. Je inleven in de kleiduif moest tot creatieve oplossingen leiden.

Je identificeren met een voorwerp (of dienst), personificatie, is behalve een vruchtbare denktechniek ook een goede schrijfoefening. Je bekijkt de dingen vanuit een ander perspectief en dat levert frisse invalshoeken op.
 
Gerda Blees past dit procedé toe in haar debuutroman Wij zijn licht, die dit jaar verscheen. Daarin beschrijft ze vanuit onder meer een slowjuicer, een cello, twee sigaretten, een pen maar ook ‘sinaasappelgeur’ en ‘plaats delict’, hoe een lid van de woongroep Klank en Liefde kwam te overlijden en haar huisgenoten daarop als verdachten worden aangehouden. Een bijster originele en komische roman is het resultaat.  
 
‘Hoe zou je je voelen als… ‘ is een van de twaalf oefeningen van Kladjes®, de e-learning Creatief schrijven met persoonlijke feedback, bestemd voor tekstprofessionals. ‘Nooit gedacht dat ik me in een voorwerp kon verplaatsen’, schrijft een deelnemer. Als interruptiemicrofoon typeert ze intussen perfect een opgewonden spreker - tot in de uienlucht die deze achterlaat in z’n plopkap aan toe.

Kladjes is een succes en wordt herhaald vanaf 20 november. Lezers van deze nieuwsbrief krijgen 20% korting en betalen slechts € 135,- voor 12 weken schrijfplezier. Je inschrijven voor de fysieke een-, twee -of driedaagse training Creatief tekstschrijven van maart 2021 kan natuurlijk ook.

3. Inktkoelie


Een kunsthistoricus toont zich op LinkedIn verbaasd dat ik daar het woord ‘inktkoelie’ gebruik. Niet dat ze het woord ‘inktkoelie’ kent, maar ze kent het woord ‘koelie’. ‘Ik houd me bezig met inclusief taalgebruik, en deze term kan echt niet meer’, meent ze. Een tweede kunsthistoricus valt haar bij met ‘Au’. 

De discussie over slaaf, neger, blanke, dwerg en zigeuner is mij bekend. Het zijn ‘mogelijk gevoelige woorden in de museumwereld’ uit de publicatie Words Matter (2018) van het Tropenmuseum. Van ‘kaffer’, ‘mongool’ en ‘inboorling’ begrijp ik dat die als neerbuigend kunnen worden ervaren. Maar ‘inktkoelie’? 

Een inktkoelie is volgens Het Groot woordenboek van Van Dale (2015) ‘iemand die hard moet zwoegen om van zijn pen te kunnen leven’. Dat is iets anders dan een koelie. Dat is ‘een in de tropen gehuurde, inlandse arbeider, dagloner, sjouwer, m.n. voor fabrieken, plantages, mijnen, enz.’ aldus Van Dale. Het woord wordt volgens Words matter nog steeds gebruikt als een scheldwoord voor mensen van Aziatische afkomst.

Als ‘inktkoelie’ niet meer kan, betekent dit dan dat cultuurbarbaar, dwergstaat, pagekapsel, zigeunerschnitzel of loonslaaf, ook taboe zijn? Moeten we die dan ‘cultuurwilde’, ‘kleinemensenstaat’, ‘bediendekapsel’, ‘Roma-schnitzel’ en ’loonslaafgemaakte’ gaan noemen?

Qua inclusiviteit zijn we dan ten minste politiek correct, om niet te zeggen hypercorrect. Maar van de taalcreativiteit is dit natuurlijk jammer. Voor wie juist meer creativiteit wil, is er creatief tekstschrijven.

4. ‘Niemand leest dat’


Zeven zonnige foto’s tonen een prachtig landhuis op Booking.com. Bed in een Gemengde Slaapzaal met 6 Bedden en Gedeelde Badkamer. Beoordeling: Goed. 7,6. € 25,- . Gratis annuleren. ‘De eigenaar was heel vriendelijk en flexibel’, juicht ene Ferdi. Top! Denk ik. Precies wat ik zoek. € 25,- voor een overnachting!
Een week later, na een dagwandeling van 28 km, sta ik er voor de deur. Er is niemand. Er is een A4’tje. ‘Vergeet niet eerst in Panama Bistro (950 m lager) de sleutel te halen.’

Hahaha, hebben die me even tuk. Ik mag weer naar beneden en wat er toen gebeurde...

5. Ik blijf het zeggen, hoor!


Taalwetenschapper Ferdy Hubers promoveerde begin dit jaar aan de Nijmeegse Radboud Universiteit op een onderzoek naar hoe we uitdrukkingen leren en wanneer. Moedertaalsprekers krijgen ze ‘met de paplepel ingegoten’, maar tweedetaalleerders (in het onderzoek: Duitsers met taalniveau B1) moeten eerst een basiswoordenschat verwerven.
 
‘Voor een appel en een ei’, ‘Alle hens aan dek’, ‘Parels voor de zwijnen’ - uitdrukkingen zijn niet letterlijk te nemen; ze zijn figuurlijke taal. De overheid vindt dat in teksten figuurlijke taal moet worden vermeden. Zij heeft dat in de Direct Duidelijk Deal (2018) vastgelegd.
 
Ik vind dit jammer want uitdrukkingen maken deel uit van ons taaleigen, ze kleuren de taal en weerspiegelen onze volksaard. Zonder uitdrukkingen kun je je minder beeldend uiten, minder  direct overtuigen, minder nuanceren, kortom: krijg je taalarmoe. Ik betoogde dit al in 2009 in NRC.

Bovendien bestaat Nederland niet alleen uit tweedetaalleerders. Meer dan 5 miljoen Nederlanders heeft een mbo-, havo- of vwo-diploma, 4 miljoen een hbo-of wo-diploma. Deze lezers kennen  hun uitdrukkingen.  

Wij vinden het belangrijk om onderscheid te maken. Schrijven voor laaggeletterden leren we aan wie met lezers op taalniveau B1 te maken heeft. Begrijpelijk schrijven (maar niet B1) leren we aan wie schrijft voor doorsneelezers.

Beste lezer, 


Dank voor je belangstelling. Heb je vragen over een open training of wil je een offerte voor een incompany aanvragen, aarzel dan niet contact met mij op te nemen.

Wil je deze nieuwsbrief tweemaal per jaar blijven ontvangen dan hoef je niets te doen. Wil je dat niet meer dan kun je je hieronder uitschrijven. Wil je anderen met deze nieuwsbrief een plezier doen? Klik dan op een van onderstaande knoppen. Dank alvast!


Met vriendelijke groet,
Peter Zuijdgeest,
directeur
 
© 2020 Peter Zuijdgeest.
Overname met bronvermelding toegestaan.
Doorsturen Doorsturen
Delen Delen
Pin Pin
Delen Delen
Tweet Tweet
Bureau Zuijdgeest Beter Schrijven        
Prins Hendriklaan 28 | 3761 DV Soest | T 035-8874076 | M 06-33770874 I www.bureauzuijdgeest.nl